Als ondernemer of particulier ontkom je er niet aan: de belastingdienst kijkt niet alleen naar wat je verdient, maar ook naar wat je bezit. Spaargeld, beleggingen of een tweede woning? Dan krijg je te maken met belasting over je vermogen. Maar hoeveel belasting betaal je nu precies over je vermogen? En hoe wordt dit eigenlijk berekend? In deze blog leggen we het helder en praktisch voor je uit, zodat je weet waar je aan toe bent én welke keuzes je kunt maken.
Wat valt er onder ‘vermogen’ bij de belasting?
De Belastingdienst beschouwt je vermogen als het totaal van je bezittingen minus je schulden. Denk bij bezittingen aan:
- Spaargeld en contant geld;
- Beleggingen (aandelen, obligaties, fondsen);
- Een tweede woning of recreatiewoning;
- Cryptovaluta;
- Overige waardevolle bezittingen, zoals kunst of dure verzamelobjecten.
Je eigen woning telt meestal niet mee in deze berekening, omdat die valt onder box 1. De waarde van je auto of inboedel hoef je ook niet op te geven, tenzij je deze hebt als belegging. Je schulden mag je in mindering brengen, maar alleen als ze boven een bepaalde drempel uitkomen.
Belasting op vermogen: hoe werkt het?
De belasting over je vermogen valt in Nederland onder box 3 van de inkomstenbelasting. Box 3 wordt ook wel het ‘rendementsheffing’-deel genoemd, omdat je belasting betaalt over een fictief rendement, niet over wat je echt verdient aan rente of koerswinst.
Belastingjaar 2024 (met terugwerkende kracht vanaf 2023):
De belastingdienst gaat uit van een geschat (fictief) rendement, afhankelijk van de samenstelling van je vermogen. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen spaargeld, beleggingen en schulden. Het fictieve rendement wordt vervolgens belast tegen een tarief van 36%.
Heffingsvrij vermogen
Iedere belastingplichtige heeft recht op een heffingsvrij vermogen. In 2024 is dit vastgesteld op:
- € 57.000 per persoon
- € 114.000 voor fiscale partners
Heb je minder vermogen dan dit bedrag? Dan hoef je geen belasting in box 3 te betalen.
Hoeveel belasting betaal je dan?
Dat hangt af van:
- De hoogte van je vermogen boven de vrijstelling
- De verdeling tussen spaargeld en beleggingen (door invloed op het fictieve rendement)
Hieronder een voorbeeld op basis van 2024:
Voorbeeld 1: alleenstaand met € 100.000 spaargeld
- Heffingsvrij vermogen: € 57.000
- Belast vermogen: € 43.000
- Fictief rendement op spaargeld: ± 0,36%
- Belastbare grondslag: 0,36% van € 43.000 = € 154,80
- Te betalen belasting: 36% van € 154,80 ≈ € 55,73
Voorbeeld 2: fiscaal partners met € 200.000, waarvan € 150.000 spaargeld en € 50.000 beleggingen
- Heffingsvrij vermogen: € 114.000
- Belast vermogen: € 86.000
- Fictief rendement: combinatie van spaargeld (0,36%) en beleggingen (6,17%)
- Totaal fictief rendement: bijvoorbeeld ca. € 2.900
- Te betalen belasting: 36% van € 2.900 ≈ € 1.044
Zoals je ziet: hoe meer beleggingen, hoe hoger het veronderstelde rendement en dus de belastingdruk.
Slim omgaan met belasting over vermogen
Wil je minder belasting betalen over je vermogen? Dan zijn er een paar strategieën mogelijk:
1. Verspreid vermogen tussen jou en je fiscale partner
Heb je samen meer dan € 114.000? Kijk of het voordeliger is om vermogen gelijkmatiger te verdelen in je aangifte. De Belastingdienst biedt deze keuze bij gezamenlijke aangifte.
2. Los schulden af vóór 1 januari
Je vermogen wordt bepaald op 1 januari van het belastingjaar. Heb je bijvoorbeeld nog een privélening uitstaan of een schuld bij een familielid? Het aflossen hiervan verlaagt je belastbaar vermogen.
3. Investeer in je onderneming of eigen woning
Geld dat je gebruikt voor bedrijfsmiddelen of verbeteringen aan je eigen woning valt vaak buiten box 3. Je verlaagt je privévermogen én je investeert in iets dat rendement oplevert.
4. Gebruik het geld vóór de peildatum voor uitgaven
Denk aan het vooruitbetalen van zakelijke kosten, inkopen van voorraad of andere bestedingen vóór 1 januari. Zo verlaagt je banksaldo je belastbare box 3-grondslag niet.
Belasting op vermogen als ondernemer
Let op: als je als ondernemer geld op een zakelijke rekening hebt staan, wordt dit niet automatisch gezien als privévermogen. Maar let op: bij een eenmanszaak of VOF kan de Belastingdienst wel oordelen dat overtollig vermogen in box 3 thuishoort, als het niet direct nodig is voor je bedrijfsvoering. Zorg dus voor een duidelijke scheiding én onderbouwing van je zakelijk vermogen versus privévermogen.
Slim je vermogen én belastingen beheren?
Belasting op vermogen lijkt in eerste instantie overzichtelijk, maar schuilt vaak in de details. De manier waarop je spaart, belegt of geld laat staan op je zakelijke rekening kan flink invloed hebben op wat je uiteindelijk afdraagt. Door je cijfers regelmatig bij te houden en goed te plannen rondom de peildatum van 1 januari, houd je grip op je belastbaar vermogen en voorkom je onaangename verrassingen. Wil jij inzicht in je vermogen, reserves en belastingdruk?